vrijdag 9 oktober 2015

West Friese omringdijk, Schoorldam – Alkmaar.

De 10.27 naar Alkmaar staat klaar , maar ik zie al dat de deuren sluiten terwijl mensen instappen. Mankement aan de automatische deuren; mededeling: er zal een monteur komen. De deuren dicht en de lichten uit, de vertraging loopt op. Aan de overkant zie ik de 10.42 naar Den Helder klaar staan. Hoe kom ik uit deze trein uit? Dan komt de mededeling dat iedereen moet uitstappen; de trein zal worden afgevoerd naar de remise voor reparatie. De deuren gaan open. Maar de borden geven aan dat de trein met een kwartier vertraging alsnog zal vertrekken; sommige mensen stappen weer in om er alsnog uitgejaagd te worden. Soms lijkt of de mensen die de borden bedienen en het personeel op de treinen elkaar bewust verkeerde informatie toespelen.


In Alkmaar wacht ik op de bus naar Schoorl, die over 6 minuten zal komen. Daar ontmoet ik een bekende wandelmaat. Hij blijkt op weg naar zijn ouders die in Schoorl wonen. We wisselen wat nieuwtjes uit en ik vertel over de verwarring eerder op CS. De wandelmaat heeft over allerlei zaken een vaste mening, zo ook over NS. Het zijn debielen, allereerst zouden ze de OV-kaart anders moeten maken, zodat je kan zien of je hebt ingecheckt. Daar heeft hij wel een punt, denk ik. Soms betrap ik me erop me niet te kunnen herinneren of ik wel heb ingescheckt; het wordt zo’n automatisme.


We stappen samen in de bus die ons brengt naar het verkeersknooppunt waar de vorige week mijn wandeling over de omringdijk afbrak. Ik laat me op de Damweg, in Schoorl afzetten. Dat blijkt niet de juiste plek,  ik loop verkeerd een wijk met villa’s in, kom weer terug op dezelfde weg. Tenslotte bereik ik het centrum en daar zie ik het stuifduin. Er tegenover zit ’t Trefpunt, waar ik heerlijk buiten in de zon geniet van een appelpunt met koffie. Het is 12.15.

De plek heeft een nadeel: hij ligt aan twee kanten aan verkeersweg en tamelijk drukke wegen ook nog. Ernaast zie ik een kerk en ik daar wacht een oude bekende: Jan van Scorel. Zijn beeld staat voor de kerk, hij werd geboren in Schoorl. Het beeld heeft geen gezicht.

Het is al één uur als ik het Klimduin beklim en op weg ben naar het Uitzichtpunt, waar het uitzicht wordt belemmerd door bomen. Ik bevind me in het bos op de duinen, de hoogste duinen van Nederland. Deze route kies ik omdat de omringdijk langs het Noordhollandskanaal loopt en langs verkeerswegen.

Ongeveer een uur loop ik door het bos; mijn kompas heb ik uit zijn vakje gehaald om globaal de juiste richting aan te kunnen houden. Ik bereik centrum van Bergen en stuit op de kerk, waarvan een gedeelte ruïne is. Bijzonder in Nederland waar alles netjes wordt opgeruimd, opgeknapt of afgebroken. Het blijkt dat de kerk werd verwoest na het beleg van Alkmaar, in een poging de Spanjaarden te beletten het beleg te hervatten. De kerk werd deels herbouwd en is beroemd om de akoestiek.
 
De route-aanwijzingen zijn schaars en ik verdwaal in de nieuwere wijken van Bergen. Ik loop een straat in die rond loopt en loop weer terug. Tenslotte bereik ik de Bergerweg. Als ik op de kaart had gekeken zou ik hebben gezien dat even verderop een fietspad loopt door de weilanden. Maar ik kijk niet op de kaart; de kaart is van heel Noord Holland en moet worden uitgevouwen en scheurt al een beetje. Omdat ik niet de kaart raadpleeg loop ik langs de drukke verkeersweg.
Een lunchplekje vind ik als ik al dichtbij Alkmaar ben en een wandelpad heb genomen. Rust heb ik niet; mijn doel is de dijk, ik wil de dijk vinden. Ik eet twee boterhammen en loop al etend verder. Het wandelpad loopt vast achter kantoorgebouwen. Verderop ligt de N9; er zal toch wel een tunneltje zijn onder die weg door? De tunnel vind ik en dan ben ik in Alkmaar. Ik moet nu naar het noorden, maar daar lijkt een wijk te liggen die eindigt bij snelwegen. Ik volg een water dat eruit ziet als een oude tocht of rivier. Ik volg de Jan van Scorelkade,  en dat moet wel een goed teken zijn.
Het water volgend en geheel onbedoeld bereik ik het NS-station. Het is vier uur; te vroeg om naar huis te gaan. Ik werk op de kaart uit hoe ik punt 71 kan vinden, om daar de dijk op te pakken. Eerst kom ik langs de molen de Eendracht uit 1771, die de Schermer bemaalde en die vlakbij het station staat.
Ik volg alweer een drukke verkeersweg, ditmaal langs het Noordhollands Kanaal; verderop een brug over het kanaal. De brug wordt druk bereden en ziet er niet uit alsof er voetgangers over mogen. Maar verder ligt een fietsers- voetgangersbrug. Daar vind ik punt 71 en ook het eerste bankje. De omringdijk is geëerd met bankjes waarop gedichten staan. In Alkmaar is een route uitgezet langs de bankjes, die route heb ik globaal even overgeschreven van internet, de avond tevoren.
Ik steek de brug over en ik volg de dijk langs het kanaal. Eindelijk bevind ik me weer op mijn dijk, al is die nauwelijks nog als zodanig herkenbaar. Een flauwe dijk langs een kanaal, meer niet. Halverwege keer ik om omdat ik lees in de routebeschrijving dat ik weer de andere kant terug moet nemen, waar het zware verkeer langs je heen dendert.
Terug en voorbij punt 71 zie ik op mijn kaart dat de dijk afbuigt en onder een verkeersweg ligt, ik raadpleeg mijn routebeschrijving en kom tot de conclusie dat ik het Klompenmakerspad moet volgen. Het ligt langs de verkeersweg, maar is rustig omdat de snelweg hoog ligt en  een zoom van groen de snelweg verbergt. Ik volg de route in omgekeerde richting, wat niet handig werkt bij het volgen van de aanwijzingen. Weer een tunneltje en dan bereik ik de Rekerdijk, de dijk langs de Rekere die onderdeel werd van de omringdijk. Hier staat een bankje en hier is de dijk herkenbaar als dijk. Hij wordt druk gebruikt door fietsers en brommerrijders. Naast de dijk loopt een vaart, die ooit de Rekere moet zijn geweest? De Rekere zorgde voor de afwatering van de Schermer en was bij Krabbendam afgedamd van de Zijpe.
 
Hier lag het plaatsje Huyswaert; hoger dan het omringende gebied. Bovendien vormde de rivierarm de grens tussen Kennemerland en West-Friesland en het gehucht heeft veel te leiden gehad van
strijd van de Hollandse graven tegen de West Friezen in de 13e eeuw. Al in de Romeinse tijd werd de plek bewoond. En in 1573 verbrandde een groot deel van het dorp tijdens het Spaanse beleg, lees ik.
Hier neem ik de brug over de Hoornse vaart. Volgens kaart staan hier vier molens en dat klopt ook. De molens hebben dienst gedaan bij de bemaling van de Schermer. Ze zijn bewoond en volgens het bordje is de bewoner vrijwillig molenaar; in 2010 is ook zijn vrouw mede-molenaarster geworden. Ik zie ze bezig in hun groentetuin aangelegd naast de molen.

Ik volg de Friese weg, weer langs verkeer. De dijk is herkenbaar doordat de huizen ernaast lager staan. Ook prijkt op kruisingen een rond stempel met de tekst ‘omringdijk’ erin. Zo bereik in fietsknooppunt 50: genoeg. Van hier ga ik terug naar het station.
 
 
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten