In Alkmaar wacht ik op de bus naar Schoorl, die over 6
minuten zal komen. Daar ontmoet ik een bekende wandelmaat. Hij blijkt op weg
naar zijn ouders die in Schoorl wonen. We wisselen wat nieuwtjes uit en ik
vertel over de verwarring eerder op CS. De wandelmaat heeft over allerlei zaken
een vaste mening, zo ook over NS. Het zijn debielen, allereerst zouden ze de
OV-kaart anders moeten maken, zodat je kan zien of je hebt ingecheckt. Daar
heeft hij wel een punt, denk ik. Soms betrap ik me erop me niet te kunnen
herinneren of ik wel heb ingescheckt; het wordt zo’n automatisme.
We stappen samen in de bus die ons brengt naar het verkeersknooppunt
waar de vorige week mijn wandeling over de omringdijk afbrak. Ik laat me op de
Damweg, in Schoorl afzetten. Dat blijkt niet de juiste plek, ik loop verkeerd een wijk met villa’s in, kom
weer terug op dezelfde weg. Tenslotte bereik ik het centrum en daar zie ik het
stuifduin. Er tegenover zit ’t Trefpunt, waar ik heerlijk buiten in de zon
geniet van een appelpunt met koffie. Het is 12.15.
De plek heeft een nadeel: hij ligt aan twee kanten aan
verkeersweg en tamelijk drukke wegen ook nog. Ernaast zie ik een kerk en ik daar
wacht een oude bekende: Jan van Scorel. Zijn beeld staat voor de kerk, hij werd
geboren in Schoorl. Het beeld heeft geen gezicht.
Het is al één uur als ik het Klimduin beklim en op weg ben
naar het Uitzichtpunt, waar het uitzicht wordt belemmerd door bomen. Ik bevind
me in het bos op de duinen, de hoogste duinen van Nederland. Deze route kies ik
omdat de omringdijk langs het Noordhollandskanaal loopt en langs verkeerswegen.
Ongeveer een uur loop ik door het bos; mijn kompas heb ik
uit zijn vakje gehaald om globaal de juiste richting aan te kunnen houden. Ik
bereik centrum van Bergen en stuit op de kerk, waarvan een gedeelte ruïne is.
Bijzonder in Nederland waar alles netjes wordt opgeruimd, opgeknapt of
afgebroken. Het blijkt dat de kerk werd verwoest na het beleg van Alkmaar, in
een poging de Spanjaarden te beletten het beleg te hervatten. De kerk werd
deels herbouwd en is beroemd om de akoestiek.
De route-aanwijzingen zijn schaars en ik verdwaal in de
nieuwere wijken van Bergen. Ik loop een straat in die rond loopt en loop weer
terug. Tenslotte bereik ik de Bergerweg. Als ik op de kaart had gekeken zou ik
hebben gezien dat even verderop een fietspad loopt door de weilanden. Maar ik
kijk niet op de kaart; de kaart is van heel Noord Holland en moet worden
uitgevouwen en scheurt al een beetje. Omdat ik niet de kaart raadpleeg loop ik
langs de drukke verkeersweg.
Een lunchplekje vind ik als ik al dichtbij Alkmaar ben en
een wandelpad heb genomen. Rust heb ik niet; mijn doel is de dijk, ik wil de
dijk vinden. Ik eet twee boterhammen en loop al etend verder. Het wandelpad
loopt vast achter kantoorgebouwen. Verderop ligt de N9; er zal toch wel een
tunneltje zijn onder die weg door? De tunnel vind ik en dan ben ik in Alkmaar.
Ik moet nu naar het noorden, maar daar lijkt een wijk te liggen die eindigt bij
snelwegen. Ik volg een water dat eruit ziet als een oude tocht of rivier. Ik
volg de Jan van Scorelkade, en dat moet
wel een goed teken zijn.
Het water volgend en geheel onbedoeld bereik ik het NS-station.
Het is vier uur; te vroeg om naar huis te gaan. Ik werk op de kaart uit hoe ik
punt 71 kan vinden, om daar de dijk op te pakken. Eerst kom ik langs de molen
de Eendracht uit 1771, die de Schermer bemaalde en die vlakbij het station
staat.
Ik volg alweer een drukke verkeersweg, ditmaal langs het
Noordhollands Kanaal; verderop een brug over het kanaal. De brug wordt druk
bereden en ziet er niet uit alsof er voetgangers over mogen. Maar verder ligt
een fietsers- voetgangersbrug. Daar vind ik punt 71 en ook het eerste bankje.
De omringdijk is geëerd met bankjes waarop gedichten staan. In Alkmaar is een
route uitgezet langs de bankjes, die route heb ik globaal even overgeschreven
van internet, de avond tevoren.
Ik steek de brug over en ik volg de dijk langs het kanaal.
Eindelijk bevind ik me weer op mijn dijk, al is die nauwelijks nog als zodanig
herkenbaar. Een flauwe dijk langs een kanaal, meer niet. Halverwege keer ik om
omdat ik lees in de routebeschrijving dat ik weer de andere kant terug moet
nemen, waar het zware verkeer langs je heen dendert.
Terug en voorbij punt 71 zie ik op mijn kaart dat de dijk
afbuigt en onder een verkeersweg ligt, ik raadpleeg mijn routebeschrijving en
kom tot de conclusie dat ik het Klompenmakerspad moet volgen. Het ligt langs de
verkeersweg, maar is rustig omdat de snelweg hoog ligt en een zoom van groen de snelweg verbergt. Ik
volg de route in omgekeerde richting, wat niet handig werkt bij het volgen van
de aanwijzingen. Weer een tunneltje en dan bereik ik de Rekerdijk, de dijk
langs de Rekere die onderdeel werd van de omringdijk. Hier staat een bankje en
hier is de dijk herkenbaar als dijk. Hij wordt druk gebruikt door fietsers en
brommerrijders. Naast de dijk loopt een vaart, die ooit de Rekere moet zijn
geweest? De Rekere zorgde voor de afwatering van de Schermer en was bij
Krabbendam afgedamd van de Zijpe.
Hier lag het plaatsje Huyswaert; hoger dan het omringende gebied.
Bovendien vormde de rivierarm de grens tussen Kennemerland en West-Friesland en
het gehucht heeft veel te leiden gehad van
strijd van de Hollandse graven tegen de West Friezen in de
13e eeuw. Al in de Romeinse tijd werd de plek bewoond. En in 1573
verbrandde een groot deel van het dorp tijdens het Spaanse beleg, lees ik.
Hier neem
ik de brug over de Hoornse vaart. Volgens kaart staan hier vier molens en dat
klopt ook. De molens hebben dienst gedaan bij de bemaling van de Schermer. Ze
zijn bewoond en volgens het bordje is de bewoner vrijwillig molenaar; in 2010
is ook zijn vrouw mede-molenaarster geworden. Ik zie ze bezig in hun
groentetuin aangelegd naast de molen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten